vrijdag, juli 21, 2006

PARLAN.DOC (12)

9. Parijs

Vandaag en morgen twee bij elkaar horende gedichten ‘over’ Parijs (uit versneden) waarin het verhaal geïnspireerd door de herkenbare beeldwereld van Marc Chagall een rol speelt.

Verhaal met beeld in verstek

een verhaal is door het niets gegaan
het week en week
tot het viel

het is ochtend in Parijs
de Eiffeltoren sluimert toonzuiver
het beeld steekt uit
tot het vervaagt in een blauw verhaal

Op een boulevard langs de Seine ligt een tentoonstellingsruimte die La Maison Rouge heet, en waar je hedendaagse kunst kunt zien. Er exposeert tot eind september een dode kluizenaar uit Chicago, Henry Darger; de Vlaamse schilder Michaël Borremans; een beeldend kunstenaar die boeken in de oven bereidde, Denise A. Aubertin; en beeldend kunstenaar Nicolas Darrot die kunstmatige kraaien laat krassen naar een witte bal die via een technologisch parcours in het blikveld van de zwartvlerken komt. De kluizenaar Henry Darger heeft ten tijde van zijn leven met zijn werken nooit het daglicht gezocht. Hij had een vreselijke jeugd en leefde de rest van zijn leven eenzelvig om niet te zeggen autistisch. Zijn werken (een mengeling van onschuld en perversie over zeven kleine meisjes, meestal afgebeeld met piemeltjes) en krachten van goed en kwaad die ontaarden in kindermishandeling en een oorlog om de mishandelde kinderen te bevrijden)leken me een vlucht uit de wereld van een getraumatiseerde man.

De kraaien van Darrot zijn een prometheïsch staaltje van technologisch kunnen dat op het moment dat ik er was nog technische problemen opleverde en waarvan me vooral de omslachtigheid bijblijft. De gebakken boeken (boeken in de oven bewerkt met deeg en bijvoorbeeld sesamzaadjes) waren naar mijn oningewijde en weinig keukenvriendelijke mening de uitwerking van een doorgedreven idee. Het werk van Borremans daarentegen is beslist intrigerend te noemen. Zijn werk is onrustwekkend, of wat de Engelsen ‘unsettling’ noemen, een woord dat goed het contrast met het gesettlede establishment weergeeft. Er was een serie te zien van figuratieve schilderijen, waarin een paar mensen een grotere groep mensen tot het vormen van figuren dwingen (cirkels en kruisen van lichamen), een soort esthetisch terrorisme, alles gezien vanuit een vogelperspectief. De spanning die ervan uitgaat is niet te mislopen. Er is een portret van een man die met kille blik de toeschouwer aankijkt. Er zijn twee jonge mannen die een gaaf dood konijn bekijken als hadden ze er van alles mee gedaan. De suggesties zijn niet van de lucht, en elk schilderij is een binnenkomen in het midden van een griezelig verhaal. Het narratieve is onmiskenbaar. Hetzelfde geldt voor het werk van de Amerikaanse fotografe Cindy Sherman (in de nationale galerie voor hedendaagse kunst Jeu de Paume. Een aantal van haar foto’s lijken snapshots uit een film. Ze fotografeert zichzelf in een serie travestieën van de identiteit. De fenomenen angst en kwetsbaarheid spelen bij haar een grote rol, iets wat de toeschouwer gemakkelijk herkent.

Zowel bij Sherman als bij Borremans valt het suggestieve narratieve op, meer dan het fragmentarische. Het postmodernisme is dood, leve een nieuw soort postmodernisme? Er is alleszins in hun werk en dat van anderen een consolidatie te merken van het fragmentarische als uitgangspunt. Het nieuwe lijkt me dat het fragmentarische opnieuw een verhaal suggereert, dan wel demonteert.

Herlinda Vekemans
@

Met de rubriek 'PARLAN.DOC' wil Parlando! één Vlaamse dichter een maand lang speciale aandacht schenken. Elke week wordt minstens één bijdrage van hem verwacht.
Het PARLAN.DOC-archief is hiernaast na te gaan. De vorige gast Alain Delmotte gaf de fakkel door aan Herlinda Vekemans. Dit is haar tweede week.