woensdag, oktober 25, 2006

PARLAN.DOC (15)

4. Herbouwen het land


In dit landschap ligt de glimmende kei van de kindertijd van alle kinderen.
Aan de instortende wereld is hun niets gelegen. In de door wilde wingerd
overgroeide gebouwen, de washokken, de stations en de treinwrakken
scheppen zij hun eldorado. De vijand verstopt zich achter buxushagen,
met drie vingers imiteren zij een pistool. Dat vader drinkt en moeder bloed
spuwt zetten zij tussen haken. Wereldnieuws bestaat niet, de wereld is
tot nader order hier, de toekomst is een reis naar een verre planeet,
het verleden reikt tot gisteren, de dood is een rammelende boerenkar
die een stille ochtend komt verstoren. Elke grens is ingebeeld.

Mijn ezels drinken uit een dampend meer. De kinderen spreken hun namen uit
alsof ze puppies roepen. De hoge echo antwoordt: Stof en As, Of As, oh ah.
Ik draag een korte broek en zit in de lage bank van een parochiekerk
in de zorgeloze vorige eeuw. De grote witte vogel bij het altaar spreidt
zijn vleugels en ik hoop dat hij zal vliegen, maar hij doopt zijn vingers
in de as, tekent een kruis op mijn voorhoofd en zegt tot tweemaal toe:
‘Ik zie de aarde lachen in haar buik.’ Later steek ik mijn tong uit
voor een schijfje brood als voor gebraden lam. Kauw ik onbekommerd.
Onze gebrandmerkte schedel is een trofee. We weigeren ons te wassen.
We dwingen elkaar om te knielen en zeggen: ‘Tot stof en as zult gij vergaan.’
Later, denk ik, later wil ik twee ezels met wit ponyhaar. Ik zal ze noemen:
oorsprong en bestemming.

De kermis komt in het laatst van de oogstmaand, op een opgeschrikte avond,
als de kinderen de vrijheid moe zijn en de bossen ruiken naar verrotte zwammen.
Vrachtwagens vol halfnaakte mannen kruipen in een zwarte wolk de heuvel op
en houden midden in de dorpsstraat halt, vlakbij de stilgevallen klok.
Uit de laadbak verrijzen roestige skeletten van roetsjbanen en draaimolens,
wagenschotten saloons, kartonnen paarden, lampions en plastic vamps
als uitroeptekens, als krankzinnigen op heterdaad betrapt en in de vlucht gestold.
Welkom in Lunapark Texas! zegt een uithangbord. Het is een winderige middag
en de wimpels klapperen, de caroussel knarst, het treintje scheurt door de bocht
van de rupsbaan. Uit de verte kijkt de met sneeuw bestoven berggraat toe,
de ezels hoesten. In het noorden brandt het al. Het einde van de vrijheid is nabij.

"Dit is het vierde gedicht uit een cyclus van 8 gedichten. Ik heb deze gedichten geschreven na een intensieve zwerftocht door Polen, Oekraine en Rusland. Ik wil ze nu graag opdragen aan de nagedachtenis van Anna Politkovskaja, de Russische journaliste die enkele weken geleden in Moskou is vermoord omdat ze het regime te veel bekritiseerde. Ik ben een boek over Rusland aan het schrijven(verschijnt begin 2008) en ik had haar heel graag ontmoet. Helaas kan dit nu niet meer. Daarom deze gedichten."


Johan de Boose
@

Met de rubriek 'PARLAN.DOC' wil Parlando! één Vlaamse dichter een maand lang speciale aandacht schenken. Elke week wordt minstens één bijdrage van hem verwacht.
Het PARLAN.DOC-archief is hiernaast na te gaan. De vorige gast Serge van Duijnhoven gaf de fakkel door aan Johan de Boose. Dit is zijn eerste week.