woensdag, juli 12, 2006

PARLAN.DOC (12)

2. Verhaal


Het verhaal is kwetsbaar geworden. U kent dat tot vervelens toe herhaald verhaal dat de grote verhalen nu dood zijn. Voor het graf met het verhaal ‘God’ bijvoorbeeld hebben de ‘drie meesters van de argwaan’ (P.Ricoeur) postgevat, te weten Nietzsche, Freud en Marx. Over de kleinere verhalen hebben nog geen doodsklokken geluid, maar helemaal gezond zijn ze niet. De media maakt graag verhalen. Die worden aangedikt, vetgemest, voor iedereen te kijk gezet en gretig geconsumeerd. Oorlogsrapportering over bijvoorbeeld de oorlog in Irak blijkt vaak een gemaakt verhaal. Op het literaire front krijgt pulp fictie als chick lit een plek in ‘literatuurbijlagen’. Lezen en schrijven van literatuur is echter geen doodse of koopse bedoening.


In het lezen en schrijven word ik vaak aangetrokken door het kwetsbare en het verhaal heeft alleen al daarom een muzische aantrekkingskracht. In versneden heb ik, de bundel samenstellend, het verhaal een plaats willen geven. Om het te beschermen heb ik het in lagen verstopt, daarbij meteen de eigen vertrekpunten in een onherkenbaar verbrokkelde laag eronder aangebracht. Ik ga er van uit dat de eigen particuliere besognes niet expliciet in mijn gedichten aanwezig mogen zijn. Ik weet dat dit betwistbaar is, maar één dichter kan niet alles willen met zijn gedichten. Daarvoor is er een dichtersgemeenschap, en is het lezen van verschillende poëzie een proeven van de rijkdom ervan in ons en andere taalgebieden. De eigen dingen krijg je schrijvend echter moeilijk helemaal weg gefilterd, tenzij je flarden bestaande taalweefsels gaat importeren (de keuze zegt dan echter ook al wat). Ik heb ze daarom bewust in een bedekt laagje wel toegelaten, maar dan ondergronds in de vorm van wat je stemmingen of akkoorden zou kunnen noemen. Ik hoop daarmee de lezer in zijn lectuur niet op een denkpad te dwingen. In de volgende dagen toon ik u enkele wegwijzers naar tijd en plaats van het verhaal, maar vanaf de ‘handeling’ van het verhaal zal ik u alleen laten om uw eventueel lezen niet te storen.


Morgen eerst nog meer algemeens over het verhaal, vertrekkend van de foto op de omslag van de bundel, maar nu eerst het openingsgedicht uit versneden. U ziet en hoort Prometheus. Kijkt u uit, hij is erg boos op de mens.


Prometheus


en scheur leuk
verhalen op je buik
ja en lik holbol speeksel
op de lekke snippers
en blaas ze glazig
je ketent er alle ogen mee
maar niet de mijne


je lichaam in rots
je ogen en oren voor ik ze doof
je huid voor ik ze verkil
je neus en mond voor ik ze roof
je stem voor ik ze verstil


over losse taal gaat steevast de zweep
siste de zee plots pissig tussen de tenen
van broer hemelreus


je uur zonder schaduw ooit
vervolgde onverstoorbaar de zwaar gehavende
je uur in rots verstomd
vuurogige dagjesvliegen
horzeldomme vliezenvleesjes
schichtig scheurbuikgespuis


Herlinda Vekemans
@


Met de rubriek 'PARLAN.DOC' wil Parlando! één Vlaamse dichter een maand lang speciale aandacht schenken. Elke week wordt minstens één bijdrage van hem verwacht.
Het PARLAN.DOC-archief is hiernaast na te gaan. De vorige gast Alain Delmotte gaf de fakkel door aan Herlinda Vekemans. Dit is haar eerste week.